Leopold Maximiliaan Felix Timmermans (5 de julio de 1886 - 24 de enero de 1947) es un autor de Flandes muy traducido . Fue nominado tres veces al Premio Nobel de Literatura . [1]
Vida
Timmermans nació en la ciudad belga de Lier , como el decimotercero de catorce hermanos. Murió en Lier a los 60 años. Fue autodidacta y escribió obras de teatro, novelas históricas, obras religiosas y poemas. Su libro más conocido es Pallieter (1916). Timmermans también escribió bajo el seudónimo de Polleke van Mher .
Durante los primeros años de la Segunda Guerra Mundial , Timmermans fue editor del periódico nacionalista flamenco Volk . También asistió a las reuniones de la Europäische Schriftsteller-Vereinigung (Liga de Escritores Europeos), iniciada por Joseph Goebbels . Por esto, y por el premio Rembrandt que recibió en 1942 de la Universidad de Hamburgo , fue visto por muchos como un colaborador , lo que pudo haberle causado problemas de salud y una muerte prematura.
Bibliografía
1907: Puerta de dagen. Indrukken van Polleke van Mher (poemas)
1909: "Ecce-Homo" en het bange portieresken (posteriormente opgenomen en "Begijnhofsproken")
1910: Schemeringen van de dood
1912: Begijnhofsproken (omvattend: Binnenleiding – De waterheiligen – De sacrificie van zuster Wivina – De aankondiging of de strijd tussen Elias en de Antikrist – "Ecce-Homo" en het bange portieresken – Van zuster Katelijne en 't Lievevrouwken – Het fonteintje – Buitenleiding )
1916: Pallieter [nl]
1917: Het kindeke Jezus en Vlaanderen
1918: De zeer schone uren van juffrouw Symforosa, begijntje
1922: Uit mijn rommelkast. Rond het ontstaan van "Pallieter" y "Het kindeke Jezus in Vlaanderen"
1922: Mijnheer Pirroen (obra de teatro)
1923: Drekoningentriptiek
1923: De ivoren fluit (cuentos)
1924: De pastor uit den bloeyenden wijngaerdt
1924: Pieter Brugel. Discurso pronunciado el 31 de mayo de 1924
1924: Het keerseken in den lanteern (omvattend: De nood van Sinter-Klaas – Het masker – Het nachtelijk uur – In de koninklijke vlaai – 't Nonneke Beatrijs – Het verbeternishuis – De eeuwige stilte – Het eerste communiekantje – Het verksken – De begrafenis van Matantje – De verliefde moor – Zomerkermissen – OL Vrouw der visschen – Landelijke Processie – De kerstmis-sater – Sint-Gommarus – De kistprocessie – Ambiorix)
1924: En waar de sterre bleef stille staan (obra de teatro)
1924: El kleuterboek. Rijmpjes
1925: Goleta mentirosa
1925: De oranjebloemekens (en Vierde Winterboek van de wereldbibliotheek )
1926: Naar waar de appelsienen groeien
?: En De Fortuin
1926: Los dioses hovenkierken
1926: Leontientje (obra de teatro)
1928: Pieter Bruegel, zoo heb ik uit uwe werken geroken
1929: Het werk van Fred Bogaerts (introducción de Felix Timmermans)
1930: De hemelsche Salomé (toneelspel)
1931: De wilgen (En "De stad")
1932: De harp van Sint-Franciscus
1933: Pijp en toebak (omvattend: De lange steenen pijp – Rond een plaats van portier – Het konijn – Het geheim der wilgen – In 't Kruis, café chantant – Het liefdekabinet – De moedwillige verkenskop – De heilige kraai – De dinsdagsche heilige – Het gehiem – De oranjebloemekens – Mademoiselle de Chanterie – Twee vertellingen voor mijne kinderen: De uil, Het zegevierend haasje)
1934: De kerk van Strijthem (En Kerstboek 1934 )
1934: Bij de krabbekoker
1935: Salmo de Bören
1936: Het Vlaamsche volksleven volgens Pieter Breughel
1937: Het jaar des heeren (Karl Heinrich Waggerl – traducido del alemán)
1938: Het kindeke Jezus in Vlaanderen (adaptación al teatro por Karl Jacobs)
1938: Het filmspel van Sint-Franciscus (obra de teatro)
1941: De la familia Hernat
1942: Vertelsels (heruitgegeven en 1986) (comprende: De goede helpers, Perlamoena, De juwelendiefstal, De uil, Prinses Orianda en het damhert, Jef soldaat, Sint-Nicolaas en de drie kinderen, De dag der dieren, Anne-Mie en Bruintje , Het visserke op de telloor, Onze-Lieve-Heer en de koei, De bende van de Onzichtbare Hand, Het verken als kluizenaar, Pitje Sprot, De nood van Sinterklaas, Het zegevierend haasje, Het verkske, Jan de kraai)
1942: Kindertijd (cuento en Bloei )
1943: Die sanfte Kehle (obra de teatro, título original: De zachte keel) (reeditada en 2006 por Felix-Timmermans Kring)
1943: Minneke-Poes
1943: Oscar Van Rompay (ensayo)
1943: Isidoor Opsómero
1943: Pieter Bruegel (obra de teatro)
1943: Een lepel herinneringen
1944: Vertelsels II
1944: Anne-Mie en Bruintje
1945: Vertelsels III
1947: Adagio (poemas)
1948: Adrián Brouwer
xxxx: Lierke-Plezierke
1965: Brevarium (omvattend: De zeer schone uren van juffrouw Symforosa, begijntjen – Driekoningentryptiek – Het hovenierken Gods – Ik zag Cecilia komen – Minneke Poes)
xxxx: Felix Timmermans vehaalt (que comprende: Mijn rommelkas – Het verksken – Ik zag Cecilia komen – In de koninklijke vlaai – De bombardon – OL Vrouw der vissen – De kerstmis-sater – De uil – De moedwillige varkenskop – De lange steenen pijp – De nood de Sinter-Klaas)
xxxx: De goede helpers en andere verhalen (omvattend: De goede helpers – Het verken als kluizenaar – Perlamoena – De juwelendiefstal – Het verksken – Prinses Orianda en het damhert – Jef Soldaat – De bende van de onzichtbare hand – Jan de Kraai – De nood van Sinter-Klaas – Sint-Nikolaas en de drie kinderen – Pitje Sprot – Het visserke op de telloor – Het zegevierende haasje – Onze Lieve Heer en de koei)
1969: Jan de Kraai en andere verhalen (que comprende: Jan de Kraai – Onze Lieve Heer en de koei – De nood van Sinter-Klaas – In de koninklijke vlaai – Het verbeternishuis – Het verksken – Ambiorix – In 't Kruis, café-chantant – De kistprocessie)
1971: Met Felix Timmermans door Vlaanderen (que comprende: Voorwoord door Lia Timmermans – Pallieter – De zeer schone uren van Juffrouw Symforosa, begijntjen – Pieter Bruegel, zo heb ik U uit Uw werken geroken – Boerenpsalm – Ik zag Cecilia komen – De pastoor uit den bloeyenden wijngaerdt)
1993: Pallieter en Holanda – Uit mijn rommelkas – Een lepel herinneringen